inloopbaan
Uiterlijk
- Geluid: inloopbaan (hulp, bestand)
- in·loop·baan
- samenstelling van inloop ww en baan
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | inloopbaan | inloopbanen |
| verkleinwoord | inloopbaantje | inloopbaantjes |
- (sport) baan waarop atleten zich warm kunnen lopen
- baan voor een jeugdige werkzoekende, die eerst enige tijd ingewerkt wordt door iemand die met pensioen gaat en vervolgens diens functie overneemt
- Het woord 'inloopbaan' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.