inkomsten

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·kom·sten
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord - inkomsten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

inkomsten mv

  1. alles wat aan geld ontvangen wordt
    • Hij heeft behoorlijke inkomsten. 
     Hypotheekschulden slokken vaak meer dan een derde van onze inkomsten op en we moeten blijven werken om de banken de schuld plus rente terug te betalen.[2]
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

de inkomstenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord inkomst

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. inkomsten op website: Etymologiebank.nl
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be