indicie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·di·cie
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Frans [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | indicie | indicies indiciën |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- grond voor een vermoeden
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord indicie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "indicie" herkend door:
35 % | van de Nederlanders; |
40 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ indicie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be