incideren
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·ci·de·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
incideren |
incideerde |
geïncideerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
incideren [2]
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'incideren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.