in- en inleuk
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: in- en inleuk (hulp, bestand)
- IPA: /ˈɪn ɛn ˈɪnløk/
Woordafbreking
- in- en in·leuk
Woordherkomst en -opbouw
- intensiverende afleiding van leuk (bijvoeglijk naamwoord) met reduplicatie van in- (versterkend voorvoegsel)
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | in- en inleuk | - | - |
verbogen | in- en inleuke | - | - |
Bijvoeglijk naamwoord
in- en inleuk
- uiterst plezierig
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'in- en inleuk' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.