ijvert
Uiterlijk
- ij·vert
vervoeging van |
---|
ijveren |
ijvert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ijveren
- Jij ijvert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ijveren
- Hij ijvert.
- verouderde gebiedende wijs meervoud van ijveren
- IJvert!
- Het woord ijvert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.