ijsbeker
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ijs·be·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ijsbeker | ijsbekers |
verkleinwoord | ijsbekertje | ijsbekertjes |
Zelfstandig naamwoord
de ijsbeker m
- een pot consumptie-ijs
- Als de prijswinnaars ervoor kiezen de lekkernij met de auto op te halen, lijkt de Nationale Postcode Loterij, met goede en vooral groene doelen als Natuurmonumenten, Greenpeace en het Wereld Natuur Fonds, toch iets uit te moeten leggen. Van filevorming zal evenwel geen sprake zijn, want de Needse prijswinnaars krijgen twee weken de tijd hun Eibergse ijsbeker in ontvangst te nemen. Van zaterdag tot en met 17 april. [2]
- Van iedere verkochte beker SOS-ijs gaat een deel naar de milieubeweging. De Hellendoornse fabriek doneert minimaal 100.000 euro, maar als de verkoop van het SOS-ijs goed loopt kan dat oplopen. Verder worden consumenten op iedere ijsbeker opgeroepen een petitie te tekenen voor een betere klimaatpolitiek. [3]
Synoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'ijsbeker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ijsbeker" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia Achterhoek 29-03-11 Needenaren moeten voor ijsprijs naar Eibergen
- ↑ Tubantia 20-08-15 IJs uit Hellendoorn moet poolkap redden
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be