igqirha

Uit WikiWoordenboek

Xhosa

Zelfstandig naamwoord

igqirha 5

  1. nominatief enkelvoud van -gqirha
    «"Suka ufuna ntoni ecweni uligqirha uzakubona izinto ezingakufuniyo?"»
    Ga weg, wat wil je in een kerk, je bent een toverdokter, wil je er dingen zien die je niet aangaan?"[1]


Verwijzingen