idoliseerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: idoliseerde (hulp, bestand)
- IPA: /idoliserdə/
Woordafbreking
- ido·li·seer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
idoliseren |
idoliseerde
- enkelvoud verleden tijd van idoliseren
- Ik idoliseerde.
- Jij idoliseerde.
- Hij, zij, het idoliseerde.
- Ik idoliseerde.