hybridefiets
Uiterlijk

- Geluid: hybridefiets (hulp, bestand)
- IPA: / hiˈbridəˌfits / (4 lettergrepen)
- hy·bri·de·fiets
- samenstelling van hybride zn en fiets zn , (ook "hybride fiets" is toegelaten, met hybride als bijvoeglijk naamwoord)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hybridefiets | hybridefietsen |
verkleinwoord | hybridefietsje | hybridefietsjes |
- stevige fiets die het midden houdt tussen een mountainbike en een toerfiets
- ▸ De veelzijdige hybridefiets, een combinatie van racefiets en ATB, is duidelijk in opkomst. Kenmerken van deze nieuwkomer zijn de brede banden, een vlak ATB-stuur, een comfortabele framegeometrie die rechtop zitten mogelijk maakt, en de bediening van de 21 versnellingen en remmen binnen handbereik.[1]
- hybride fiets
- Wanneer hybridefiets als een gewone vaste combinatie wordt gezien, ligt de hoofdklemtoon op -bri- en wordt het als één woord aan elkaar geschreven; naarmate het meer de bedoeling is om aan te geven dat het een bijzonder type is, krijgt het tweede deel meer klemtoon en wordt het als twee losse woorden geschreven. [2]
- Het woord 'hybridefiets' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑
Weblink bron
Niek SchenkNederland fietsland : Tweewieler populairder dan ooit in: Algemeen Dagblad, jrg. 46 nr. 253 (22 februari 1992), Stichting Algemeen Dagblad, Rotterdam, p. 35 kol. 2
- ↑
Weblink bron “Hybrideauto / hybride-auto / hybride auto” (22 juni 2018)
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 12
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal