huurflat

Nederlands

grote flats met huurflats

Uitspraak

• Geluid:  huurflat    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• huur·flat

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  huren ww  en  flat zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	huurflat	huurflats
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de huurflat m

1. een gelijkvloerse woning in een hoog appartementengebouw die men mag bewonen als men geld aan de eigenaar betaalt, ook wel het appartementengebouw in zijn geheel

   • De balkons van huurflats in Twente zijn in goede staat. Daar wordt regelmatig op toegezien. Een verplichte periodieke keuring voor gebouwen is in deze regio dan ook niet nodig, vinden de Twentse corporaties, verenigd in WoOn Twente. 
   • In het geëngageerde Imitation of Life van de Hongaarse theaterregisseur en cineast Kornél Mundruczó (bij filmpubliek bekend van zijn in Cannes bekroonde drama White God) kijken we in de huurflat van een Roma, een weduwe met huurachterstand. 

Gangbaarheid

• Het woord huurflat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "huurflat" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
97 %	van de Vlamingen.