huurdersvereniging
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- huur·ders·ver·eni·ging
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van huurder zn en vereniging zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | huurdersvereniging | huurdersverenigingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de huurdersvereniging v
- organisatie waar huurders lid van zijn en die opkomt voor de belangen van de leden
- ▸ De huurdersvereniging van Change= in Nieuw-West, zegt ‘met ontzetting kennis te hebben genomen van de uitzending. ,,Daar wij als huurdersvereniging al jaren in gesprek zijn met Change=, en daarmee indirect met Ralph Mamadeus, zijn wij geschokt en verbijsterd onze duisterste vermoedens bevestigd te zien.”[1]
Gangbaarheid
- Het woord huurdersvereniging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Jesper Roele“Verhuurder verdient aan servicekosten en ‘liegt bewoners voor over grootte woning’” (16-09-2022,), Tubantia