Naar inhoud springen

huldigen

Uit WikiWoordenboek
  • hul·di·gen
  • In de betekenis van ‘eer bewijzen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1654 [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
huldigen
huldigde
gehuldigd
zwak -d volledig

huldigen

  1. overgankelijk iemand hulde of eer bewijzen
    • Het Nederlands Elftal werd uitgebreid gehuldigd op de Grote Markt te Haarlem. 
    • Nemo wilde liever niet gehuldigd worden. Maar hij voelde wel, dat hij hier niet onderuit kwam. [2] 
     Burgemeester Ron König zegt "buitengewoon trots" te zijn op het team. "Go Ahead Eagles heeft echt voetbal laten zien zoals het hoort te zijn", vindt hij. "Heel Deventer is uitzinnig van blijdschap en terecht! We gaan woensdag het elftal groots onthalen en huldigen."[3]
100 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[4]
  1. "huldigen" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  2. Herzen, Frank
    De zoon van de woordbouwer 1970 ISBN 9062805450 pagina 106
  3. Bronlink geraadpleegd op 22 april 2025 Weblink bron “Feest barst los in Deventer na winst Go Ahead Eagles: 'We gaan Europa in!'” (22 april 2025), NOS
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be