huisvestingsprobleem

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • huis·ves·tings·pro·bleem
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord huisvestingsprobleem huisvestingsproblemen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het huisvestingsprobleemo

  1. het onvoldoende beschikbaar zijn van voldoende, passende gebouwen voor een bepaalde activiteit
    • De studentenorganisatie richtte vorige maand een meldpunt op voor studenten met huisvestingsproblemen. Volgens Sewbaransingh komen daar veel schrijnende verhalen binnen.[1] 
    • De statushouders zullen waarschijnlijk een half jaar tot een jaar in Daalwijk blijven. Daarna komen de 37 woningen beschikbaar voor andere kwetsbare groepen. Bestuursvoorzitter Hester van Buren zegt blij te zijn dat Rochdale een bijdrage kan leveren aan een oplossing voor de huisvestingsproblemen. 'We zijn een sociale huisvester, en deze mensen behoren tot onze doelgroep. De kantoren in Daalwijk stonden al drie jaar leeg, dus we zijn ook tevreden dat die ruimten weer een zinvolle invulling geven.'[2] 
    • De druppel die de emmer deed overlopen, was het verhuisplan van InHolland. In maart kondigde Dales aan dat de hogeschool in 2014 onderdak zou krijgen bij de Vrije Universiteit (VU) aan de De Boelelaan. Dat betekende een vertrek uit het afgeleefde pand in Diemen, Wildenborch. InHolland moest daar in 2012 weg, maar kon een paar jaar uitstel krijgen van de koper, corporatie De Key. InHolland vergat dit uitstel echter tijdig aan te vragen, waardoor per 1 januari een enorm huisvestingsprobleem dreigde.[3] 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid


Verwijzingen