houdster
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- houd·ster
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van houden met het achtervoegsel -ster
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | houdster | houdsters |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de houdster v
- (vrouwelijke) persoon die iets in bezit of in beheer houdt
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord houdster staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "houdster" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be