houd boek
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- houd boek
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
boekhouden |
houd boek
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van boekhouden
- Ik houd boek.
- gebiedende wijs van boekhouden
- Houd boek!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van boekhouden
- Houd je boek?
Gangbaarheid
- Het woord houd boek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.