hotdog

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Een hotdog met mayonaise, uien en augurken
Uitspraak
Woordafbreking
  • hot·dog
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘broodje knakworst’ voor het eerst aangetroffen in 1951 [1]
  • samenstelling van hot, (Engels voor heet) en dog (Engels voor hond)
enkelvoud meervoud
naamwoord hotdog hotdogs
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de hotdogm

  1. (voeding) langwerpig broodje met een warm worstje erin meestal geserveerd met tomatenketchup of mosterd en mayonaise eventueel ook met zuurkool, relish, uitjes of chili
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen