hosting
Uiterlijk
- hos·ting
- uit het Engels
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hosting | hostings |
verkleinwoord |
de hosting v
- (informatica) een dienst die particulieren of bedrijven webruimte aanbiedt, waardoor de website van die persoon of dat bedrijf bereikbaar is voor het publiek
- Dat moet een flinke domper op de feestvreugde zijn, daar bij Bavaria in het Brabantse Lieshout. Afgelopen dinsdag bepaalde het gerechtshof in Den Haag dat het internetbedrijf Your Hosting met zijn slagzin ‘Zo, nu eerst naar de cloud’ geen inbreuk maakt op de merk- en auteursrechten van Bavaria, dat al sinds 1985 de reclameslogan ‘Zo. Nu eerst een Bavaria’ gebruikt.[1]
1. (informatica) een dienst die particulieren of bedrijven webruimte aanbiedt, waardoor de website van die persoon of dat bedrijf bereikbaar is voor het publiek
- Het woord hosting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hosting" herkend door:
76 % | van de Nederlanders; |
73 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ NRC Bas Kist 20 juli 2016
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be