hoogspanning
Uiterlijk
- hoog·span·ning
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘elektrische spanning boven 600 volt’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1907 [1]
- samenstelling van hoog en spanning
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hoogspanning | hoogspanningen |
verkleinwoord | - | - |
de hoogspanning v
- (elektrotechniek) elektrische spanning van ten minste 1000 V wisselspanning of 1500 V gelijkspanning
- Het woord hoogspanning staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hoogspanning" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "hoogspanning" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be