hoofdbestuurslid
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hoofd·be·stuurs·lid
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hoofd zn en bestuurslid zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hoofdbestuurslid | hoofdbestuursleden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het hoofdbestuurslid o
- lid van het hoogste (landelijke) bestuur van een (politieke) organisatie
- ▸ De KNWU stelt een onderzoek in naar intimidatie en misstanden binnen de wielersport. Dat heeft de wielerbond maandag bekendgemaakt, op dezelfde dag dat oud-renster en huidig KNWU-hoofdbestuurslid Marijn de Vries in haar column in Trouw had verteld over haar eigen ervaringen met intimidatie.[1]
- ▸ Oud-DSB-topman Dirk Scheringa is een van de kandidaten om hoofdbestuurslid te worden van 50Plus. Voor acht plaatsen hebben zich 74 mensen gemeld.[2]
Gangbaarheid
- Het woord hoofdbestuurslid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “KNWU begint onderzoek naar misstanden in de wielersport” (28-11-2016), NOS
- ↑ Weblink bron “Scheringa kandidaat 50Plus-bestuur” (30-10-2013), NOS