honig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ho·nig
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | honig | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de honig m
- (imkerij) honing
- Iedereen denkt dat honig heel gezond is, maar het is natuurlijk vooral heel veel suiker.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord honig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "honig" herkend door:
61 % | van de Nederlanders; |
55 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be