honden

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hon·den

Zelfstandig naamwoord

de hondenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord hond
     Pas een hele tijd later klonk in de verte een politiesirene, gevolgd door het geluid van blaffende honden.[1]
Anagrammen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • met onwillige honden is het slecht hazen vangen
met mensen die iets niet willen kun je moeilijk een doel bereiken

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia


Drents

Zelfstandig naamwoord

honden

  1. meervoud van hond


Nedersaksisch

Zelfstandig naamwoord

honden

  1. meervoud van hond


Sallands

Zelfstandig naamwoord

honden

  1. meervoud van hond


Veluws

Zelfstandig naamwoord

honden

  1. meervoud van hond