homostel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ho·mo·stel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van homo zn en stel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | homostel | homostellen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het homostel o
- (lhbt) twee mensen van gelijk geslacht die een liefdes relatie met elkaar hebben
- Ook de mishandeling van een homostel in Arnhem maakte veel los. De rechter achtte niet bewezen dat de daders uit homohaat handelden en verzwaarde de straf niet. [1]
- Zoals bekend werd daar de rol van een homostel geschrapt omdat de ouders van een leerling, die Jehova’s Getuigen zijn, daar mogelijk bezwaar tegen zouden hebben. [2]
Gangbaarheid
- Het woord homostel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "homostel" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Het Parool 24 APRIL 2018 GroenLinks en CU willen zwaardere straf haatmisdrijf
- ↑ Tubantia Angelique Kunst 31-05-18 Kamervragen over schrappen homo-rollen op Hengelose Anninksschool
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Lhbt in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 97 %
- Prevalentie Vlaanderen 92 %