homogeniseerde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ho·mo·ge·ni·seer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
homogeniseren |
homogeniseerde
- enkelvoud verleden tijd van homogeniseren
- Ik homogeniseerde.
- Jij homogeniseerde.
- Hij, zij, het homogeniseerde.
- Ik homogeniseerde.