historiograaf
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- his·to·rio·graaf
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | historiograaf | historiografen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de historiograaf m
- (beroep) geschiedschrijver
- beoefenaar van de geschiedkunde
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord historiograaf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.