herleidbaarheid
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- her·leid·baar·heid
Woordherkomst en -opbouw
- afleiding van herleidbaar met het achtervoegsel -heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | herleidbaarheid | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de herleidbaarheid v
- de mate waarin men iets kan terugvoeren naar de oorspronkelijke bron
- de mate waarin men een anoniem persoon toch kan identificeren
- ▸ De toezichthouder wijst erop dat de gegevens worden versleuteld en gepseudonimiseerd. De herleidbaarheid zou daarom minimaal zijn. Alleen patiënten die zelf schriftelijk bezwaar maken met een privacyverklaring vallen buiten de regeling.[1]
- ▸ Voor de herleidbaarheid heeft de rechtbank bepaald dat het dossier wordt aangevuld met verklaringen van ‘bevoegde personen’, die met vermelding van hun eigen functie en naam ‘verantwoordelijkheid nemen voor de hoedanigheid van de 88 geanonimiseerde personen in het dossier’. Het verzoek van de advocaten om de 88 personen als getuige te horen vindt de rechtbank onvoldoende onderbouwd.[2]
Gangbaarheid
- Het woord 'herleidbaarheid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Kritiek op verplicht aanleveren van informatie ggz-patiënt bij toezichthouder” (21-7-2022), NOS
- ↑ Weblink bron “Verklaringen in moorddossier Peter R. Vries mogen anoniem blijven” (11-03-2022), Tubantia