herbenoeming

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • her·be·noe·ming
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord herbenoeming herbenoemingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

herbenoeming v [1]

  1. het opnieuw krijgen van een functie die men al eerder bekleedde
     Commissaris van de Koning in Overijssel Bijleveld heeft aangifte gedaan van het lekken van vertrouwelijke informatie over de herbenoeming van de burgemeester van Twenterand. Bijleveld zegt dat weekblad de Roskam vertrouwelijke informatie heeft gepubliceerd over de herbenoeming van de burgemeester Visser.[2]
     Bij herbenoeming hoeven mensen die al zijn gekeurd, niet nog eens een toets af te leggen. Dat ligt anders als DNB vindt dat er iets is veranderd in het profiel van de bestuursfunctie. Sinds 2014 zijn om deze reden 91 zittende bestuurders gekeurd. DNB kwam 22 keer tot een negatief oordeel. Dat is 24 procent van de gevallen.[3]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Commissaris van de Koning doet aangifte van lek in Twenterand” (Woensdag 29 juni 2016, 11:17), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Veel pensioenbestuurders niet door keuring DNB” (Woensdag 2 november 2016, 18:26), NOS