hemdjurk
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hemd·jurk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hemdjurk | hemdjurken |
verkleinwoord | hemdjurkje | hemdjurkjes |
Zelfstandig naamwoord
- (kleding) lang hemd dat ook dienst kan doen als jurk; jurk zonder taille
- ▸ Bij het krieken van de dag vertrokken ze van huis, grootvader droeg een lange stang en grootmoeder was gekleed in een hemdjurk die ze verborg onder een enorme mantel.[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord hemdjurk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ hemdjurk op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Henning Mankell (vert.Clementine Luijten en Jasper Popma)“Zweedse laarzen” (2015), De Geus (uitgeverij), ISBN 9789044535723