helmbindsel
Uiterlijk
- Geluid: helmbindsel (hulp, bestand)
- IPA: /ˈɦɛlm.bɪn(t).səɫ/
- helm·bind·sel
- Eerste vermelding in 1854 in een boek van J. Pereira "Handleiding tot de leer der geneesmiddelen"
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | helmbindsel | helmbindsels |
verkleinwoord |
het helmbindsel o
- (plantkunde) deel van de helmknop van een bloem dat de beide helmhokjes verbindt en een voortzetting van de helmdraad vormt
- De helmknoppen onderscheiden zich in dit geslacht door buitengewoon groote helmbindsels die met elkander tot een zes-kantigen en zes-slippigen beker zijn verenigd, [...][1]
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord 'helmbindsel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Teysmannia, Volume 2, 1891
- helm·bind·sel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | helmbindsel | helmbindsels |
helmbindsel
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Plantkunde in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal
- Woorden in het Afrikaans
- Zelfstandig naamwoord in het Afrikaans
- Plantkunde in het Afrikaans