heitje voor een karweitje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: heitje voor een karweitje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈhɛicə ˌvorəŋkɑrˈwɛicə / (7 lettergrepen)
Woordafbreking
- hei·tje voor een kar·wei·tje
Woordherkomst en -opbouw
- verbinding van heitje, voor, een en karweitje, in de jaren 50 van de 20e eeuw door scouting bedacht motto voor een actie waarbij padvinders geld voor een goed doel inzamelden door voor iemand die daar (minstens) een ƒ 0,25 (een kwartje of heitje) aan bijdroeg een eenvoudig klusje (karweitje) te doen [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | - | - |
verkleinwoord | heitje voor een karweitje | heitjes voor een karweitje |
Zelfstandig naamwoord
het heitje voor een karweitje o
- eenvoudig klusje dat een kind tegen een kleine vergoeding verricht
- ▸ “Heeft u een heitje voor een karweitje?” vraagt Rintje. “Dat heb je zeker van je oma geleerd,” lacht mevrouw Poedel. “Ik heb wel wat hoor, wacht maar even.” Ze komt terug met een grote stapel oude kranten. “Als jullie deze naar de papierbak brengen, geef ik jullie alle drie iets voor in je spaarpot.”[2]
Gangbaarheid
- Het woord 'heitje voor een karweitje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Heitje voor een karweitje” (29 juni 2011) op onzetaal.nl
- ↑ Weblink bron Sieb Posthuma“Heitje voor een karweitje” (1 mei 2009) op nrc.nl