Naar inhoud springen

hasht

Uit WikiWoordenboek
  • hasht
vervoeging van
hashen

hasht

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hashen
    • Jij hasht. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hashen
    • Hij hasht. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van hashen
    • Hasht!