hartenklop

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  hartenklop    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• har·ten·klop

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  hart zn  en  klop zn  met het invoegsel -en- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	hartenklop	hartenkloppen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de hartenklop m

1. (figuurlijk) een zaak waar het hart naar uitgaat

   ▸ Als ik de motie lees, dan zie ik daar de hartenklop van onze partij. Het is ook de hartenklop van onze fractie.

   ▸ We lieten ons opslokken door de 24 uurs­economie. Door de mythe dat we steeds meer moeten produceren en consumeren om gelukkig te zijn. We verloren het leven op het ritme van de schepping. Dat breekt ons op. Dom je hartenklop steeds te laten opjagen.

   ▸ Pulse (2010) (Polsslag, 2011): zeer uiteenlopende verhalen waarin de personages worden voortgestuwd door de hartenklop van het leven

2. (medisch) de keer dat het hart slaat

Synoniemen

• [1] passie, gevoel, emotie
• [2] polsslag, pulsatie

Gangbaarheid

• Het woord hartenklop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.