hartbreuk
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hart·breuk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hartbreuk | hartbreuken |
verkleinwoord | hartbreukje | hartbreukjes |
Zelfstandig naamwoord
- (medisch) doorzakking van het hart door het middenrif in de buikholte
Gangbaarheid
- Het woord 'hartbreuk' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.