hanteerbaar

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  hanteerbaar    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• han·teer·baar

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van hanteren met het achtervoegsel -baar

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	hanteerbaar	hanteerbaarder	hanteerbaarst
verbogen	hanteerbare	hanteerbaardere	hanteerbaarste
partitief	hanteerbaars	hanteerbaarders	-

Bijvoeglijk naamwoord

hanteerbaar

1. waarmee in praktische zin kan worden omgegaan, waar mee geleefd kan worden zonder dat er vreselijke dingen gebeuren

   • De overheidsfinanciën zijn dermate op orde gebracht dat de kosten van de vergrijzing in de toekomst hanteerbaar lijken te worden. Dat is de belangrijkste conclusie van een vandaag verschenen studie van het Centraal Planbureau (CPB) over de houdbaarheid van de overheidsfinanciën op de lange termijn.  

   ▸ In vergelijking met andere gokverslaafden was het risico hanteerbaar, als ze de aandelen tenminste niet gingen belenen om nieuwe te kopen en die dan weer te belenen.

Gangbaarheid

• Het woord hanteerbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.