hangoor
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hang·oor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hangoor | hangoren |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de hangoor m
- bijnaam voor een konijn of hond met lange oren
- "Cavia's, hamsters, hangoren worden vaak in een opwelling gekocht bij dierenspeciaalzaken en tuincentra. Die verkoop moet worden gestopt.Er moet bewust voor zo'n beestje worden gekozen, bij voorkeur via een van de overvolle knaagdierenopvangcentra.[2]
- De fokkerscombinatie Tijman uit Losser is er afgelopen weekend in geslaagd om het clubkampioenschap in de wacht te slepen op de 62ste clubshow van KVO 't Raskonijn in cafe Moatman in Oldenzaal. Een fraaie jonge Duitse hangoor voedster in de kleur konijngrijs werd met het predicaat 'Fraai'en 96,5 punten als beste dier aangewezen.[3]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord hangoor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hangoor" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Telegraaf 01 sep. 2014
- ↑ Tubantia 20-NOVEMBER-2016
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be