handheld

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hand·held
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Engels
stellend
onverbogen handheld
verbogen

Bijvoeglijk naamwoord

handheld

  1. van iets dat het in de hand gehouden kan worden; met de hand bediend
     De eerste revolutie kwam met de populaire consoles NES en de Super NES. Met een plastic pistool vogels uit de lucht schieten? Dat kon opeens. En op de bank met je Gameboy? Another first: de eerste handheld spelcomputer was geboren.[1]
     Bij afleidingen reageren bestuurders trager, gaan ze slingeren en missen informatie, zegt Jaap de Graaf van Veilig Verkeer. "Bestuurders zien vier op de tien verkeersborden niet tijdens handheld bellen, blijkt uit onderzoek."[2]
Antoniemen
enkelvoud meervoud
naamwoord handheld handhelds
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de handheldm

  1. klein toestel dat men in de hand kan dragen en bedienen
     Nintendo gaat samenwerken met Dena, een bedrijf dat onder meer spellen voor mobiel maakt. Jarenlang wilde het Japanse bedrijf hun games niet op de smartphone uitbrengen. "Ze kozen voor hun consoles en handhelds zoals de DS", zegt gamedeskundige Chantal Koolhoven. "Ze waren bang dat mobiele spellen hun eigen verkoopcijfers zouden doen dalen."[3]


Afgeleide begrippen


Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 10 december 2023 Weblink bron “Geestelijk vader Nintendo overleden” (Donderdag 19 september 2013, 17:42), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 10 december 2023 Weblink bron “Campagne tegen afleiding in verkeer” (Maandag 17 oktober 2011, 06:25), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 10 december 2023 Weblink bron
    Roel van Niekerk
    “Super Mario komt naar je smartphone” (Dinsdag 17 maart 2015, 14:31), NOS