handelsverdrag
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- han·dels·ver·drag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | handelsverdrag | handelsverdragen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- een verdrag dat gesloten wordt tussen twee of meer landen ter bevordering van de wederzijdse of internationale handel met onder meer afspraken over douanerechten en niet-tarifaire belemmeringen
- ▸ Nog juist slaagde Van der Heim erin de termijn te laten verstrijken, maar gekweld door onzekerheid over Frankrijks bedoelingen, niet meer in staat die gewaar te worden bij de ambassade of het vredesoverleg; gekweld door de catastrofale uitwerking van het opgezegde handelsverdrag op Holland, dat de ganse door oorlogsbelastingen en runderpest verarmde Unie droeg[2]
- ▸ Het is vergelijkbaar met het handelsverdrag dat de EU met Canada (Ceta) heeft afgesloten. Ook dat is nog lang niet door alle parlementen binnen de EU geratificeerd, ook in Nederland niet.[3]
Hyponiemen
Vertalingen
1. een verdrag dat gesloten wordt tussen twee of meer landen ter bevordering van de wederzijdse of internationale handel met onder meer afspraken over douanerechten en niet-tarifaire belemmeringen
Gangbaarheid
- Het woord handelsverdrag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “ (2014), , ISBN 9789021436173
- ↑
Weblink bron “Na 3,5 jaar is de brexit daar, maar een akkoord is er nog niet” (31-01-2020), NOS