handelde
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- han·del·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
handelen |
handelde
- enkelvoud verleden tijd van handelen
- Ik handelde.
- Jij handelde.
- Hij, zij, het handelde.
- Ik handelde.