hagelfabriek
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ha·gel·fa·briek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hagel zn en fabriek zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hagelfabriek | hagelfabrieken |
verkleinwoord | hagelfabriekje | hagelfabriekjes |
Zelfstandig naamwoord
- een bedrijf waarin kleine, ronde, loden kogeltjes maakt voor hagelgeweren
- een bedrijf waarin men chocoladehagelslag maakt
Gangbaarheid
- Het woord 'hagelfabriek' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.