haastklus

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • haast·klus
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord haastklus haastklussen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de haastklusm

  1. een werk dat snel klaar moet zijn en daardoor soms ook wat slordig wordt gemaakt
    • Hij lijkt minder zorgvuldig, misschien omdat de afronding van de Roman van Walewein een haastklus was. [1] 
    • Het probleem is de begeleiding van het Italiaanse Orchestra dell’Accademia Nazionale di Santa Cecilia, dat geleid door Antonio Pappano met Schumanns Pianoconcert een haastklus aflevert. Martiale oppervlakkigheid in het openingsdeel, gepriegel van strijkers in het intermezzo en een uit de pas lopende finale doen hevig verlangen naar andere opnames. Zonde, want Lisiecki’s fijnzinnige spel is betoverend.[2]  
Synoniemen

Gangbaarheid

94 % van de Nederlanders;
61 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Geerdink, Nina Jos Joosten, Johan Oosterman
    De Leeslijst 2015 ISBN 978-94-6004207-2 pagina 27
  2. Volkskrant Floris Don 11 februari 2016
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be