haakploeg
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- haak·ploeg
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van haak en ploeg
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | haakploeg | haakploegen |
verkleinwoord | haakploegje | haakploegjes |
Zelfstandig naamwoord
- (landbouw) een ploeg die de grond slechts opentrekt
Verwante begrippen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.