hørte

Uit WikiWoordenboek


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • hør·te
Naar frequentie 292

Werkwoord

hørte

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van høre


Nynorsk

Bijvoeglijk naamwoord

hørte

  1. verouderde spelling of vorm van høyrde tot 2012 [1]
  • (bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap naast hørde van hørd en hørt)
  • (onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap naast hørde van hørd en hørt)

Werkwoord

hørte

  1. verouderde spelling of vorm van høyrde tot 2012
(= verleden tijd naast hørde van høra en høre)

Verwijzingen

  1. Taalhervorming 2012:
    Ny rettskriving for 2000-talet (in het Nynorsk)
    2.1.2 Diftong eller monoftong: øy/ø framfor r