gymt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gymt

Werkwoord

vervoeging van
gymmen

gymt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gymmen
    • Jij gymt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gymmen
    • Hij gymt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van gymmen
    • Gymt!