gunstig
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- gun·stig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | gunstig | gunstiger | gunstigst |
verbogen | gunstige | gunstigere | gunstigste |
partitief | gunstigs | gunstigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
gunstig
- ten voordeel strekkend
- Regelmatig slikken van vitamines heeft een gunstige invloed op de gezondheid.
- ▸ Ironisch genoeg was de man die geholpen had deze gunstige verandering tot stand te brengen de gek Hermann Gôring, die zelfs vicevoorzitter was in die nazipartij met de stormtroepen waarvan ze zich nu de complete naam niet kon herinneren. De afkorting was in elk geval NSDAP.[2]
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord gunstig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "gunstig" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ gunstig op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus, ISBN 9789044625691
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be