grondoppervlak

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • grond·op·per·vlak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord grondoppervlak grondoppervlakken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

grondoppervlak o [1]

  1. het oppervlak van een stuk grond
     Voorbij het duin ligt een vallei waar het grondoppervlak relatief effen is. Volgens de NASA maakt dat het onderzoeken van de bodem van Mars een stuk eenvoudiger.[2]
     De bebouwing van Nederland zet gestaag door. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) groeide het grondoppervlak met woningen en bedrijven tussen 2006 en 2008 met bijna 7000 hectare. Dat is een gebied ter grootte van een stad als Maastricht.[3]
     In Griekenland is een belangrijk deel van het kadaster nog opgenomen in boeken. De registratie is daar nog niet gedigitaliseerd. Er is wel al een aantal jaar een project gaande om dat te veranderen. Op dit moment is slechts 20 procent van het grondoppervlak in Griekenland gedigitaliseerd. Er is dus best nog een hoop te doen.”[4]
  2. het oppervlak van de basis van een voorwerp
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 3 januari 2022 Weblink bron “Marsrover begint aan lastige klim” (04-02-2014), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 3 januari 2022 Weblink bron “Steeds groter deel Nederland bebouwd” (12-07-2011), NOS
  4. Bronlink geraadpleegd op 3 januari 2022 Weblink bron “Een 'Agreekment' met veel voorwaarden” (13-07-2015), NOS