groeven

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • groe·ven
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van groef met het achtervoegsel -en
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
groeven
groefde
gegroefd
zwak -d volledig

Werkwoord

groeven [1]

  1. overgankelijk een groef maken in
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
graven

groeven

  1. meervoud verleden tijd van graven
    • Wij groeven. 
    • Jullie groeven. 
    • Zij groeven. 

Zelfstandig naamwoord

de groevenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord groef
  2. meervoud van het zelfstandig naamwoord groeve
Synoniemen

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen