grijpt in

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • grijpt in
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
ingrijpen

grijpt (…) in

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ingrijpen
    • Jij grijpt in. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ingrijpen
    • Hij grijpt in. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van ingrijpen
    • Grijpt in! 

Gangbaarheid