gondelbrug
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gondelbrug (hulp, bestand)
Woordafbreking
- gon·del·brug
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gondel en brug
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gondelbrug | gondelbruggen |
verkleinwoord | gondelbruggetje | gondelbruggetjes |
Zelfstandig naamwoord
- een bewegende brug, waarbij een deel van het wegdek in horizontale richting heen en weer beweegt.
- De eerste gondelbrug werd gebouwd in 1893.
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.