glaasener
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- glaa·se·ner
Bijvoeglijk naamwoord
glaasener
- attributieve vorm onbepaald (zonder lidwoord) nominatief en accusatief mannelijk enkelvoud stellende trap van glaase
Bijvoeglijk naamwoord
glaasener
Bijvoeglijk naamwoord
glaasener
- attributieve vorm onbepaald nominatief mannelijk enkelvoud stellende trap van glaase