gierstkoorts
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- gierst·koorts
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gierst en koorts
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gierstkoorts | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (medisch) koorts, waarmede vaak de gierstuitslag gepaard gaat
Gangbaarheid
- Het woord 'gierstkoorts' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.